www.nazatendevries.nl
eschiedenis en Genealogie van het Groningerland
De voormalige steenfabriek Ceres bij Rottum

Nabij het dorp Rottum, ruim een kilometer vanaf Kantens richting Usquert zijn de restanten zichtbaar van de steen- en draineerbuizen fabriek Ceres. Met de bouw van de steenfabriek is in 1857 begonnen. In 1969 is zij gesloten nadat de productie in het jaar daarvoor is gestaakt. De fabriek ligt aan het in 1663/64 gegraven Boterdiep waardoor de aan- en afvoer van grondstoffen en producten via het water kan plaats vinden.

Het terrein wordt sinds 1978 als landschappelijk element onderhouden: het is begroeid met bosjes, hooilandjes, ruigtes en enkele bomenrijen. In 2011 is er op de plek van de oven een amfibieën poel gegraven. De bovengronds zichtbare bebouwing bestaat uit de kleischuur (ontvangst van klei), twee schoorsteenpijpen (1916 en 1936) en het woonhuis van de brandmeester (bedrijfsleider). Niet zichtbaar zijn de nog grotendeels aanwezige fundamenten van de brandschuur en overige gebouwen.

Naast industrieel erfgoed is het terrein ook natuurlijk en cultureel erfgoed. De laatste aspecten hebben betrekking op het beheer van de hooiweiden; dat wordt op vergelijkbare manier uitgevoerd als ten tijde van de oprichting van de fabriek.

Vondst bij de afbraak
Bij de afbraak van de fabriek in 1974 zijn vrachten stenen naar elders vervoerd maar uiteraard zijn op het oude steenfabriekscomplex nog her en der stenen blijven liggen. Daarnaast zijn de fundamenten nog gedeeltelijk aanwezig. De heer Lanjouw kent de plekken waar hij bakstenen kan vinden die nog min of meer gaaf zijn en die dezelfde kleur en maat hebben als die van het huis, dat in 1910 zal zijn gebouwd. Bij die controle op gaafheid doet hij een opmerkelijke ontdekking: op een van de stenen staat op de smalle kant in zwierige letters een naam geschreven:

A. Aalders Steenfabriek Serus te Rottem Kantens.

 

Zie afbeelding hierboven.

Provinciale weg

De fabriek in 1972.Aan de provinciale weg van Kantens naar Rottum, op de samenvloeiing van de Koksmaar en het Boterdiep, wordt in 1857 een steen- en draineerbuizenfabriek gebouwd, waaraan de naam CERES wordt gegeven.

Op CERES worden, onder leiding van o.a. drie opeenvolgende directeuren met de toepasselijke naam Tichelaar, meer dan honderd jaar bakstenen en draineerbuizen gemaakt uit de taaie Groninger kleigrond. In 1969 wordt de fabriek stilgelegd om vijf jaar later voor het grootste deel te worden afgebroken. Als herinnering aan die roemruchte periode resten nog twee onttakelde schoorsteenpijpen en het huis van de brandmeester, tegenwoordig bewoond door Bert Lanjouw.

Provinciale weg

De fabriek in 1972.Aan de provinciale weg van Kantens naar Rottum, op de samenvloeiing van de Koksmaar en het Boterdiep, wordt in 1857 een steen- en draineerbuizenfabriek gebouwd, waaraan de naam CERES wordt gegeven.

Op CERES worden, onder leiding van o.a. drie opeenvolgende directeuren met de toepasselijke naam Tichelaar, meer dan honderd jaar bakstenen en draineerbuizen gemaakt uit de taaie Groninger kleigrond. In 1969 wordt de fabriek stilgelegd om vijf jaar later voor het grootste deel te worden afgebroken. Als herinnering aan die roemruchte periode resten nog twee onttakelde schoorsteenpijpen en het huis van de brandmeester, tegenwoordig bewoond door Bert Lanjouw.

Brandmeester

 

Een oud huis vertoont altijd sporen van de tijd, maar het huis van de brandmeester krijgt, zoals veel woningen in deze omgeving, extra opdonders door de aardschokken ten gevolge van de aardgaswinning.

Na een van de laatste schokken is herstel dringend geboden, waarop de heer Lanjouw op zoek gaat naar geschikte bakstenen.

Bij de afbraak van de fabriek in 1974 worden vrachten stenen naar elders vervoerd maar uiteraard zijn op het terrein nog her en der stenen blijven liggen.

Daarnaast zijn de fundamenten nog gedeeltelijk aanwezig.

Anne Aalders

 

Het woord Serus zet hem aan het denken. De persoon die de naam Ceres op deze manier schrijft, is zeer waarschijnlijk niet erg bekend met de fabriek en/of geen getalenteerde schrijver, omdat de naam puur op het gehoor is neergeschreven. Het kan een kind geweest zijn, maar het zwierige handschrift spreekt dit tegen. Hij zoekt contact met Anne Aalders in Hoogeveen, die al snel met de ontraadseling komt. Het handschrift is namelijk van zijn gelijknamige grootvader, die tot 1919 in Rottum woont en in dat jaar op 26-jarige leeftijd overlijdt aan tuberculose. Anne Aalders is van 1913 tot 1916 in militaire dienst.

De laatste twee jaar vanwege de algemene mobilisatie i.v.m. de oorlogshandelingen in Europa. Nederland blijft daarbij een neutraal land. In 1916 wordt Anne Aalders afgekeurd vanwege een dubbelzijdige longbloeding ten gevolge van tuberculose. Bij uitdiensttreding moet hij verklaren dat de ziekte niet in militaire dienst is opgelopen. Hij krijgt een eenmalige tegemoetkoming van 30 gld. en wordt vrijgesteld. Hij herstelt echter niet en raakt in de versukkeling. Opname in een militair hospitaal wordt geweigerd vanwege de verklaring die hij bij zijn uitdiensttreding heeft ondertekend.

Hij overlijdt op 24 april 1919 en wordt begraven op het kerkhof in Rottum. Hij laat twee jonge kinderen na en een jonge vrouw die geen rechten kan laten gelden op enige uitkering of staatsondersteuning.

 

 

 

 

 

 

Geschiedenis

Steen- en draineerbuizenfabriek Ceres van 1857 tot 1969

1853. Op de Topografische Militaire Kaart (veldminuutkaart) van 1853 is er op de toekomstige locatie van Ceres geen bebouwing aanwezig. Op de hoek van de trekweg langs het Boterdiep en de weg tussen Kantens en Usquert staat een tolhuis; de aangrenzende percelen zijn als landbouwgrond in gebruik.
1857*. Oprichting van een Stenen, Pannen en Buizen fabriek door Remke Eppes Huisman (oud 32 jaar). Bouw van een brandschuur met daarin een overwelfde oven.
1878. Na het overlijden van Huisman wordt het bedrijf voortgezet door zijn weduwe Eltje de Haan.
1880. Verkoop van de fabriek aan J.P.C. Tichelaar.
1896. Op de fabriek wordt een stoommachine geplaatst die de strengpers aandrijft. De naam van de fabriek wordt: Stoom-steenfabriek Ceres. Voor de stoommachine is een schoorsteenpijp gebouwd die na de elektrificatie in 1920 is afgebroken.
1908. Directeur J.P.C. Tichelaar wordt opgevolgd door zijn zoon C.J. Tichelaar.
1916. De overwelfde oven in de brandschuur wordt vervangen door een zigzag oven (fabricaat Wentink) met veertien kamers. Dit type oven heeft een schoorsteenpijp nodig; deze wordt gebouwd door de Haagse schoorsteenbouwer "De Ridder & Co".
1920. Elektrificatie van de fabriek; de naam verandert in Elektrische Steenfabriek "Ceres".
1925. De zigzag oven is ernstig verzakt en moet grondig worden gerepareerd.
1936. Naast de bestaande brandschuur wordt een tweede gebouwd met daarin een vlamoven voor de productie van straatklinkers. De schoorsteen (met CERES in witte stenen) wordt gebouwd door de N.V. Eerste Hollandse Schoorsteen Steenfabriek vh De Ridder & Co.
1942 – 1945. De fabriek ligt stil wegens gebrek aan materialen.
1949. Nieuwbouw van de machinekamer.
1954. Verhoging van de zijmuren van de brandschuur met zigzagoven. De woning die aan de brandschuur is gebouwd blijft bestaan.
1955. Commanditaire vennootschap van C.J. Tichelaar (senior) met zonen J.P.C. Tichelaar (junior) en C.J. Tichelaar (junior). Nieuwe naam: C.V. Steen- en Draineerbuizenfabriek CERES.
1958. Op 9 mei wordt het honderd jarig bestaan gevierd in de Menkemaborg te Uithuizen. C.J. Tichelaar sr. is dan 50 jaar directeur.
1964. Beide schoorsteenpijpen krijgen een onderhoudsbeurt, maar de bouwvallige top van de nieuwste pijp wordt afgebroken tot en met de C. Waarschijnlijk is ook de woning aan de brandschuur afgebroken.
1968. Directeur C.J. Tichelaar (junior) overlijdt en in september van dat jaar wordt de fabriek stilgelegd.
1969. Definitieve sluiting van de C.V. Steen- en Draineerbuizenfabriek CERES.

Tichelheren van Ceres


1857 – 1878. R.E. Huisman (1825-1878).
1878 – 1880. E. de Haan (weduwe Huisman).
1880 – 1908. J.P.C. Tichelaar (1851-1916).
1908 – 1955. C.J. Tichelaar (1883-1976).
1955 – 1969. C.J. Tichelaar en zonen J.P.C. Tichelaar (1909-1990) en C.J. Tichelaar (1913-1968).

Brandmeesters van Ceres


1858 - 1869 Klaas Günther.
1869 - 1914 ?
1914 – 1947 Gerardus Sprenger sr.
1947 – 1964 Gerardus Sprenger jr.
1964 – 1969 Meinte Scholte.

Vanaf de sluiting in 1969, de afbraak in 1974 tot de verkoop in 1978

1969 - 1973. Het fabriekscomplex is verlaten en wordt niet beheerd. Dit heeft tot gevolg dat alle ruiten sneuvelen en dat het op steeds meer plaatsen gaat lekken; Ceres is in verval.


december 1973*. De afbraak wordt geregeld door het hout van de constuctie, ijzeren onderdelen, pannen en steen (puin) te verkopen aan gegadigden die dit zelf slopen en meenemen. In het voorjaar van 1974 is al het verkoopbare afgevoerd. De restanten van de schoorsteenpijpen en de ontvangstloods voor de klei blijken onverkoopbaar en blijven staan. Daarnaast blijft er een chaotisch geheel over van houten balken vol spijkers, brokken van de muren, gaas en bitumen van de daken, puin en alerlei kleinere onderdelen. Ook de fundamenten blijven in de grond zitten. De twee huizen nabij de fabriek (usquerderweg 4 en 10) blijven eveneens staan.

1974. Enige tijd na de afbraak wordt het gedeelte waar de droogloodsen hebben gestaan (hier was geen verharding en weinig fundament) door het graven van een sloot afgescheiden en in gebruik genomen als agrarisch grasland. De huizen en de grondpercelen worden in de loop van enkele jaren verkocht.

1978. Sinds 1974 ligt het terrein onbeheerd en de natuur neemt het langzamerhand in bezit. De hoeveelheid afval neemt echter toe doordat het terrein wordt gebruikt als illegale dumpplaats van huisvuil, bouwafval en autowrakken. De aannemer van het wegberm- en slootonderhoud dumpt ook wel eens wat. Aan de andere kant wordt er ook nog af en toe iets afgevoerd: de laatste hopen draineerbuizen, hout voor in de allesbrander en bakstenen. Voor die laatsten moet wel eerst worden gegraven naar de fundamenten. Het voormalige fabrieksterrein wordt aan het eind van het jaar verkocht en kort daarna afgerasterd.

Van 1978 tot heden.
Sinds 1978 is het gebied stukje bij beetje opgeruimd; alleen het 'schone' puin is blijven liggen, gedeeltelijk opgestapeld tot muurtjes. Het verzamelen van achtergebleven glas scherven, roestig ijzer en ander afval gaat tot op de dag van vandaag door, maar de hoeveelheden zijn nu gering. Soms is er een bijzondere vondst gedaan!

Het terrein van de voormalige steen- en draineerbuizenfabriek Ceres wordt vanaf 1978 beheerd als natuur ontwikkelingsgebied en tuin. Daarnaast is het de locatie voor diverse theater en kunst projecten.

2015. De gemeente Eemsmond heeft een lijst opgesteld van karakteristieke panden met cultuurhistorische waarde. De twee schoorsteenpijpen van de voormalige steenfabriek Ceres zijn daarin opgenomen. Sindsdien is het terrein ieder jaar opengesteld op de Open Monumenten dagen.

 

* In 1857

In 1857 (het startjaar van Ceres) is het 6 jaar geleden dat Geert Reinders, van modelboerderij Groot-Zeewijk boven Warffum, samen met zijn zoon Cornelis een belangrijke inovatie toepast. Zij maken in 1851 een begin met het draineren van hun landerijen. Daarvoor worden keramische buizen gebruikt die van een Friese steenbakkerij worden betrokken. Vader en zoon Reinders tonen aan dat door deze manier van draineren de productie verhoogd kan worden. Het leidt ertoe dat het gebruik van keramische draineerbuis snel toeneemt, evenals de vraag ernaar.